Geschiedenis van de slaap
In de loop van zijn geschiedenis heeft de mens er niet altijd dezelfde slaapgewoontes op nagehouden. Het materiaal waarop we slapen, werd door de eeuwen heen beter en gesofisticeerder, maar de acht opeenvolgende uren nachtelijke slaap die we nu gewend zijn, waren niet altijd een evidentie. We geven een overzichtje van de geschiedenis van de slaap in de Westerse wereld.
Prehistorie
Wat we weten over de slaap in het vroegste bestaan van de mensheid, is dat de mens zich al gauw onderscheidde van dieren door het maken van een bed. Om 's nachts zachter te liggen en zich warm te houden, sliepen onze prehistorische voorouders op of onder dierenhuiden. De nacht werd benut om te slapen omdat jagen of voedsel vergaren in het donker niet zo goed mogelijk was.
Het slapen verliep aanvankelijk in korte perioden omwille van het alomtegenwoordige gevaar. Pas toen mensen zich in groepen en stammen begonnen te organiseren, konden ze de taak van het 's nachts waken onder elkaar verdelen en evolueren naar een langere slaap.
Oudheid
De oude Egyptenaren sliepen al op een rieten matras in een houten bedkader. Ook werd een hoofdsteun gebruikt om in zijlig te slapen, de voorloper van onze hoofdkussens dus. Dat de oude Grieken veel belang hechtten aan de slaap, merken we aan het feit dat ze zelfs een god van de slaap (Hypnos) en een god van de droom (Morpheus) kenden. De Romeinen sliepen in een houten bed op een matras van riet of hooi. Voor de rijke klasse waren er matrassen gevuld met wol of zelfs eendenveren te koop. Kussens op het bed gaven extra comfort.
Verbeter uw nachtrust.
Een goede nachtrust is essentieel om goed te recupereren. Lees meer over het best ondersteunende bed van Dorsoo.
Middeleeuwen
In de middeleeuwen was het niet de gewoonte om zich 's nachts buitenshuis te begeven, behalve voor misdadige activiteiten. De mensen gingen over het algemeen vrij kort na zonsondergang slapen, maar ze deden dat in twee perioden. Na vier uur slaap stonden ze op en deden ze huishoudelijke activiteiten of hielden zich bezig met praten, roken en bidden. Voor de minderheid die dat kon, was lezen een geliefde bezigheid tijdens die nachtelijke uren. Daarna begonnen ze aan hun tweede slaap tot 's morgens.
Dat deden ze overigens zoveel mogelijk rechtop, omdat ze toen verkeerdelijk dachten dat er in liggende positie te veel bloed naar hun hoofd zou stromen. Een liggende positie associeerden ze met de doden. Het is trouwens de reden waarom de middeleeuwse bedden zo klein zijn, omdat ze niet de volle lengte gebruikten. Dit gebruik hield stand tot ongeveer de Franse Revolutie.
17de tot 20ste eeuw
Vanaf 1670 deed de straatverlichting zijn intrede in de steden. Die zorgde ervoor dat mensen zich 's avonds veiliger voelden en langer buiten bleven. Als gevolg hadden ze 's nachts minder tijd tussen de twee slaapperioden door.
Tijdens de industriƫle revolutie van de 19de eeuw veranderden de arbeidsgewoonten en als gevolg ook de slaapgewoonten. De meeste arbeiders, ook de kinderen, werkten tot 14 uur per dag en hadden geen tijd meer over voor nachtelijke bezigheden. In dagbladen verschenen zelfs artikelen waarin aangeraden werd de tweede slaap te laten vallen. 'Tijd is geld' begon meer en meer het motto te worden. Het is tijdens die periode dat de definitieve omslag gemaakt werd naar de nacht met acht uur slaap.